Expertises Sectoren

Delen

22.12.2014

Verkeerswet strenger vanaf 1 januari 2015

Met de Wet van 9 maart 2014, die grotendeels in werking treedt op 1 januari 2015, heeft de wetgever de verkeerswetgeving andermaal verstrengd.  De doelstelling is, zoals steeds, het nog verder terugdringen van het aantal dodelijke slachtoffers in het verkeer.  Belangrijkste maatregel daarbij is het harder aanpakken van hardleerse overtreders, de “recidivisten”.

Tot op heden bevatte de verkeerswetgeving enkele bijzondere herhalingsregimes.  Zo werd een geïntoxiceerde bestuurder bijvoorbeeld zwaarder bestraft wanneer hij in de afgelopen 3 jaar al eens veroordeeld was voor intoxicatie.  In de nieuwe regelgeving wordt er voorzien in een uniform systeem voor recidivisten op het vlak van het rijverbod.  Eenvoudig gezegd is het zo dat wanneer je binnen de 3 jaar na een veroordeling voor een zware overtreding, opnieuw een zware overtreding begaat, je een rijverbod opgelegd zal krijgen van minimaal 3 maanden en dat daaraan verplicht de 4 herstelexamens moeten worden gekoppeld (theoretisch examen, praktisch examen, medische proef en psychologische proef).  Bega je binnen de 3 jaar 2 zware overtredingen dan bedraagt het rijverbod minimaal 6 maanden, en bega je 3 zware overtredingen, dan mag je minimaal 9 maanden niet meer rijden.  Belangrijk is dat de wetgever de bedoelde zware overtredingen oplijstte: overtredingen van de 4de graad, zware snelheidsovertredingen, rijden zonder geldig rijbewijs, vluchtmisdrijf, zware intoxicatie en dronkenschap, rijden spijts verval en gebruik van een radardetector.  Niet enkel herhaling van eenzelfde soort overtreding wordt geviseerd, bijvoorbeeld intoxicatie na intoxicatie, want het systeem geldt voor de herhaling van eender welke soort van zware overtreding.  Wanneer je dus bijvoorbeeld 2 jaar geleden veroordeeld werd voor zware intoxicatie, en je nu vervolgd wordt voor een snelheidsovertreding van 35 km/u in de bebouwde kom, zal het nieuwe herhalingssysteem toepassing vinden.  Overbodig te zeggen dat er vanaf 2015 heel wat meer gevallen van recidive zullen zijn.

De verkeerswetgeving wordt nog op tal van andere vlakken aangepast.

Zo zal voor de beroepschauffeurs van vrachtwagens, autobussen, taxi’s, limousines, ambulances, … een verlaagde intoxicatiedrempel gelden.  Voor “gewone” chauffeurs geldt een drempel van 0,22 mg per liter uitgeademde alveolaire lucht (0,5 pro mille in het bloed).  Beroepschauffeurs zullen vanaf 1 januari 2015 in overtreding zijn van zodra ze 0,09 mg/l blazen tijdens de uitoefening van de job.  Blaast een beroepschauffeur tussen 0,09 mg/l en 0,22 mg/l dan wordt er een onmiddellijke inning van 100,00 EUR toegepast en zal hij 2 uur niet mogen rijden.

Voor het “samplingtoestel”, ofwel het “snuffeltoestel”, een toestel dat de politie nu soms al gebruikt, werd een wettelijk kader gecreëerd.  Dit is een toestel dat aan de hand van de omgevingslucht rondom de bestuurder kan detecteren of er mogelijks sprake zou kunnen zijn van een alcoholintoxicatie.  Het toestel kan worden ingezet als “selectietool” om die bestuurders eruit te pikken die vervolgens aan een echte ademtest zullen worden onderworpen.

Ook het systeem van de onmiddellijke inning wordt hervormd.  Voortaan zullen ook de inbreuken op de Wegverkeerswet zelf, en niet enkel meer de inbreuken op de Wegcode, bestraft kunnen worden middels dit mechanisme.  Vooral de alcoholintoxicatie komt zo binnen het bereik van de onmiddellijke inning.  Voorheen kon een intoxicatie enkel middels een minnelijke schikking of een vervolging voor de rechtbank aangepakt worden.  De tarieven zijn als volgt (uitgedrukt in mg per liter uitgeademde lucht):

  • 0,09 - <0,22: 100,00 EUR (enkel beroepschauffeurs)
  • 0,22 - <0,35: 170,00 EUR
  • 0,35 - <0,44: 400,00 EUR
  • 0,44 - <0,50: 550,00 EUR
  • 0,50 - <0,65: 1.200,00 EUR (enkel niet-ingezetenen)

Nieuw is dus ook dat ingezetenen (diegenen met woonplaats in België) voortaan vanaf een gehalte van 0,50 mg/l voor de rechtbank zullen moeten verschijnen.  Voorheen was dat 0,65 mg/l.

Verder kregen ook de ANPR-camera’s een plaatsje in de verkeerswetgeving.  ANPR-camera’s zijn camera’s die op volautomatische wijze aan nummerplaatherkenning doen (Automatic Number Plate Recognition).  Denk hierbij aan het opkomende fenomeen van de trajectcontroles.  De WAM-wet en de Wet Technische Eisen werden gewijzigd, zodanig dat inbreuken met betrekking tot de verzekeringsplicht en de autokeuring voortaan geldig kunnen worden vastgesteld door dergelijke ANPR-camera’s.

Tenslotte werd in de verkeerswetgeving ook de herroeping van opschorting en uitstel vergemakkelijkt.  Opschorting betekent dat de rechter de inbreuk bewezen acht, maar geen straf oplegt.  Uitstel betekent dat een gedeelte van de straf voorwaardelijk wordt opgelegd.  Aan deze gunstmaatregelen koppelt de rechter steeds een proefperiode (meestal 1 of 3 jaar).  Tot op heden was het zeer moeilijk, zo niet onmogelijk, om, in geval van een nieuwe inbreuk in de proefperiode, terug te komen op die destijds verleende gunstmaatregel.  Dat was immers enkel mogelijk indien je tijdens de proefperiode een criminele straf of een effectieve gevangenisstraf van minstens 1 maand opliep.  In de praktijk gebeurde een herroeping van opschorting of uitstel in het verkeersrecht dan ook nooit.  Vanaf 1 januari 2015 echter zal herroeping steeds mogelijk zijn van zodra er in de proefperiode, die het gevolg is van een veroordeling wegens een verkeersinbreuk, opnieuw een verkeersinbreuk wordt gepleegd.

Deze oplijsting van nieuwe maatregelen, die overigens niet volledig exhaustief is, toont aan dat het de wetgever menens is met verstokte verkeersovertreders.  Vooral recidivisten zullen het daarbij mogen ontgelden.

Een gewaarschuwd bestuurder is er twee waard!

bijlagen