Expertises Sectors

Share

12.11.2018

9 november 2018 - Interpellatie Minister Schauvliege omtrent lopende procedure Grondwettelijk Hof

In zitting van de Commissie leefmilieu, Natuur, Ruimtelijke ordening, Energie en Dierenwelzijn van 6 november 2018 werd Minister Schauvliege verzocht om standpunt in te nemen over de procedure dewelke momenteel lopende is bij het Grondwettelijk Hof omtrent enkele bepalingen die werden ingevoegd door de zogenaamde Codextrein. 

Deze vraag werd gesteld naar aanleiding van een recent vernietigingsarrest van 18 oktober 2018van datzelfde Hof omtrent de zogenaamde afwijkende bepalingen voor ontginningsgebieden. Het Hof oordeelde dat deze bepalingen een ongelijke behandeling creëren ten opzichte van burgers die in de buurt van ontginningsgebied of gebied voor de winning van oppervlaktedelfstoffen wonen.

Naar aanleiding van dit arrest werd de Minister om haar standpunt gevraagd voor wat betreft de aanpassingen dewelke eveneens door de Codextrein werden doorgevoerd aan:

  • het gewestplan voorschrift landschappelijk waardevol agrarisch gebied (artikel 94 van het wijzigingsdecreet van 8 december 2017),
  • de nieuwe mogelijkheid voor bedrijven om verder te exploiteren met een schorsing of vernietiging van een vergunning in afwachting van een nieuwe uitspraak over de vergunningsaanvraag (artikel 111 van vermeld wijzigingsdecreet) en
  • de beperking van het beroep tegen een vergunning tot personen dewelke het bezwaar hebben ingediend in het kader van het openbaar onderzoek (artikel 133 en 151 van vermeld wijzigingsdecreet).

De Minister bevestigde dat Vlaamse Regering geen andere houding zal innemen na kennisname van het arrest van 18 oktober 2018 en dit aangezien het lopende dossier bij het Grondwettelijk Hof omtrent de hierboven aangehaalde bepalingen volgens de Minister juridisch een andere grondslag heeft.

Het volledig antwoord van Minister vindt u terug via deze link.